Door: Zilla van Dijk
Betrokkenen: vierdejaars Almeerse Mavo leerlingen, een docent Levensbeschouwing en het museum Tot Zover. Verzoek: gastles geven over Herdenken en Rituelen vanwege Allerzielen.
Leven met sterfelijkheid, het zou een bewust onderdeel van ons bestaan mogen zijn. Echter in pandemietijd worden we er nog extra mee geconfronteerd. 2 November was Allerzielen, een moment om bij overleden dierbaren stil te staan en dé aanleiding voor een niet-corona gerelateerd gastlesverzoek die mijn hart sneller liet kloppen. Dat gevoelige, intieme en kwetsbare aan de orde stellen is met jonge kinderen heerlijk helder en onbeladen. Daarnaast maakt het bij volwassenen op zijn minst de luisteraar in hen wakker. Hoe zal dat zijn met tieners?
Als gastdocent zonder didactische opleiding sta ik met lichte spanning voor een klas starende onrustige ogen, er is vanuit school geen voorbereiding geweest. Het afstemmen op leerlingen wordt flink bemoeilijkt door de mondkappen die verplicht gedragen worden. Wie er spreekt of hun blikken lezen is moeilijk. Ze krijgen te horen dat ik met de dood in hun klaslokaal val. We spreken over Allerzielen, de verschillen en overeenkomsten in uitvaart- en herdenkingsrituelen die in ieders achtergrond verankert ligt. Er wordt afgesloten met persoonlijke ervaringen alsmede wat de dood voor hen is. Deze “gesprekken” voltrekken zich in reactief gedrag op elkaar als de contrasten zichtbaar worden. Dan is het moment daar om uit te leggen welke boodschap in die rituelen verborgen liggen. Dit in een sfeer met alle afleidingen die leerlingen soms niet kunnen weerstaan. Dat vergt rap meewegen met wat zich aandient.
Of nog iets opviel aan deze doelgroep? Van de docent kreeg ik mee dat de groep zich anders uitte. Leerlingen die normaal druk zijn, openden zich nu en vertelde. Voor anderen was het verse verlies voel- en zichtbaar door natte rode ogen en rollende tranen over wangen. Eigenlijk is het natuurlijk niet cool om te huilen waar je klasgenoten bij zijn. Het werd muisstil en iemand benoemde dat het verdriet van de ander voelbaar was. En toen de bel ging na 50 minuten dood, hervatte ogenschijnlijk het gewone leven weer zo snel als het stopte toen de les begon. Terug online, naar huis of in de kantine. Of misschien toch even langs het gedenkplekje die in de grote ruimte van het gebouw was ingericht. Bij mij blijft het vertrouwen dat de les wat zaadjes achterliet voor een aantal van hen om verder over na te denken of te praten.
Museum Tot Zover biedt ‘Doodgewoon in de klas’ lespakketten aan voor groep 7 en 8 leerlingen in het basisonderwijs. Voor brugklassers in het voortgezet onderwijs is het ook al ingezet. Materiaal voor de tienergroepen die ik mocht ontmoeten schreef ik zelf.